

Het begin van de maand is het tijd om voedselpakketten te delen en het weer is best koud geworden. Als ik een paar jerrycans met kerosine laat vullen, koop ik er één extra. Onderweg bedenk ik me dat Halima en oma Gazala er wel eens om verlegen zouden kunnen zitten. Ik rijd bij hun langs en zeul de jerrycan onder het afdak naast het hok waar gekookt wordt. Oma Gazala straalt als ze me ziet en geeft me dikke kussen op mijn wangen, vier keer zoals gebruikelijk. En ik kus uit respect haar hand. Helima vertelt dat ze al 2 dagen de kachel niet aan hadden omdat er geen kerosine meer was. Maar om me niet lastig te vallen had ze me nog niet gebeld. Oma Gazala had gezegd dat God het wel bekend zou maken aan Arianne, want zo gebeurde dat al wel vaker. En als oma Gazala het vertelt heft ze haar handen omhoog en dankt God.
Mijn hart maakt een sprongetje en blij vervolg ik mijn route naar Sheme. Sheme is een alleenstaande moeder en draagt de zorg voor de vijf kinderen van haar overleden zus. Bij Sheme zijn ze blij met de extra dekens en kerosine. Sheme en haar dochter en nichtje begroeten me hartelijk en ik word omhelsd. Raäd van 10 staat er verlegen bij en ik krijg een hand van hem. Hij heeft iets belangrijks te vragen; “Wanneer mag ik weer mee naar jouw centrum? De laatste keer was zo’n leuk feest.” Zijn kleine zusje Rema dribbelt ook naar buiten; “Ikke ook mee.”
This post is also available in: English (Engels)